Herstel uit je burn-out kan en mag niet zijn: terugkeer naar hoe het was, want dat werkte niet. Burn-out maakt je anders. Legt knelpunten bloot, in jezelf en in je (werk)omgeving, die opgelost moeten worden. Daarom reikt effectieve burn-out begeleiding verder dan herstel.
Effectieve burn-out begeleiding richt zich daarom op het “Zijn” achter de ziek(t)e. Voor de mens betekent dit: gericht op heling, “landen bij jeZelf”. In dit artikel wordt duidelijk waarom en hoe.
“Never waste a good crisis.” – Winston Churchill
Herstel waartoe?
Om de vraag te beantwoorden of het nu gaat om herstel of heling – en heling waarvan? – is het zaak nog even de diverse aspecten van burn-out te revue te laten passeren:
- Echte burn-out (in tegenstelling tot overspannenheid of overwerktheid) heeft een lange voorgeschiedenis van chronische stress (zie ook De Helling van Onvrede). Het behoeft dan ook een lange adem in het overwinnen ervan;
- Als mensen burn-out raken is dat vaak een teken dat er in de organisatorische setting iets mis is. Er is bijvoorbeeld te weinig autonomie en/of te weinig sociale ondersteuning en samenhang. Of er is structurele onderbezetting. Soms is de organisatie ronduit giftig – zie De ziekmakende organisatie.
- Burn-out brengt in de regel onverwerkte emoties/trauma’s en onvervulde essentiële behoeftes aan het licht, die om bewustwording en verwerking vragen (zie Burn-out – de limbische verklaring);
- Uiteindelijk markeert een burn-out “de Ramp”, een spirituele (Zijns) crisis, waarbij beproefde overlevingsmechanismen niet meer werken. We moet terug naar onze Essentie, ons Zijn – en een nieuwe wending aan onszelf-in-de-wereld geven. Zie Burn-out – a blessing in disguise.
De laatste drie punten/artikelen geven aan dat simpelweg uitrusten en verdergaan geen echte optie is. Burn-out kan als acute crisis uitdoven, maar gaat vervolgens als een veenbrand ondergronds, om later opnieuw uit te slaan.
Landen bij jezelf
De stelling is dan – en inmiddels bevestigd door jarenlange praktijk – dat burn-out vraagt om heelwording voorbij herstel vanuit de fysieke en emotionele uitputting. Op twee niveaus:
- Op het persoonlijke niveau: zelfbevrijding. Om te beginnen door acceptatie van hoe het is, van dat je burn-out bent. Ook: van hoe je geworden bent, om van daaruit Zelfbewustzijn te ontwikkelen, te werken aan heling en die door te trekken in je leven: Zelfleiderschap.
- Op organisatorisch vlak: idealiter trekt de organisatie, zich bewust geworden door dit (en andere) geval(len), dat er in de organisatie (structuur, functies, processen), de bedrijfscultuur en het functioneren van leidinggevenden iets moet veranderen. Helaas is dit aspect, zeker in het individuele geval, doorgaans onderbelicht, en nog vaak een illusie. Daar komen we afzonderlijk nog op terug.
Heelwording mag kosten
Heling is een ingrijpend en langdurig proces, dat langer duurt dan de tijd van burn-out zijn en re-integratie. Dat mag ook wel, want de grond, ervaring en ernst van burn-out mag niet worden onderschat.
Een echte burn-out – zie daarvoor de definities van de LESA – is immers een ingrijpende aandoening. Deze heeft veelal een aanloopgeschiedenis van tenminste zes maanden tot meerdere jaren. De herstelfase is navenant. Die zal doorgaans 6-9 maanden, maar soms ook wel twee jaar kunnen duren.
Bovendien kan een burn-out langdurige gevolgen hebben voor iemands energieniveau en stressbestendigheid, gezondheid, en vooral levensinstelling en zelfbeeld. Deels kunnen die gevolgen overigens achteraf ook als positief ervaren worden.
Impact
Burn-out is het laatste stadium van een proces van emotionele uitputting. Van je te weerstellen, van falende overlevingsmechanismen en jezelf telkens weer herpakken. Met alle gevoelens van falen en faalangst, frustratie, onzekerheid en zelftwijfel waarmee dat gepaard gaat. Tot aan deze totale geestelijke en lichamelijke uitputting aan toe.
In deze staat bemerk je bij jezelf bijvoorbeeld:
- Heftige wisselende emoties – of juist helemaal geen gevoel(wisseling) meer: apathie, of alleen maar een onbestemde ondertoon van verdriet of angst;
- Geen contact met of gevoel bij het lichaam meer (teruggetrokken in het hoofd en schouders) – of alleen nog maar vermoeidheidspijn;
- Veranderde, gedepersonaliseerde werkelijkheids- en lichaamsbeleving, alsof je er fysiek niet bij bent, licht aangeschoten in een film acteert, waarbij je lichaam autonoom in de ruimte beweegt;
- Sterk verminderde cognitieve capaciteiten (concentratie, onthouden, logisch denken, plannen, structureren) en paniek of andere sterke emoties daarbij. De eenvoudigste taken, zoals koffie zetten of herhalen wat iemand zei, lukken alleen nog maar met de grootste moeite.
Het is invoelbaar dat deze symptomen elkaar versterken. De ervaring van zwaar gehavende cognitieve capaciteiten kan intense gevoelens van verdriet, angst en woede veroorzaken, en/of een zware aantasting van je zelfbeeld en zelfvertrouwen.
Twee aspecten van heling en herstel
Kijken we van iets meer afstand naar het verschijnsel dan kunnen we twee aspecten hierin onderscheiden. Er is een oorzaak en gevolg, maar er is ook een onderlinge versterkende dynamiek:
- Werk-gerelateerde problemen (“stressoren”) als trigger(s); en
- Een emotionele en spirituele crisis, als gevolg.
Onderstaand plaatje verheldert, voorlopig met een vraagteken, hoe deze kringloop van ellende doorbroken kan worden met effectieve burn-out begeleiding:
De reguliere benadering van burn-out herstel
Als we dan kijken naar de reguliere benadering van burn-out begeleiding (zie Rogier, p. 81), dan valt allereerst op dat de organisatorische setting waarbinnen iemand burn-out geworden veelal is buiten beschouwing wordt gelaten. Deze wordt op zijn best als een gegeven beschouwd, waartoe je je opnieuw te verhouden hebt.
Zelfs als er duidelijk óók sprake is van een verstoorde arbeidsrelatie, dan legt de benadering (mediation bijvoorbeeld – zie mijn artikel Mediation? No way!) in de regel de rekening neer bij degene die burn-out is geraakt, zelden bij bijvoorbeeld (veelal) de leidinggevende.
De triggers buiten schot
Dat is uitermate vreemd. Bij fysieke vergiftiging of ongevallen op het werk is het heel gebruikelijk om vóór terugkeer ook de werkomstandigheden te onderzoeken en aan te passen om herhaling te voorkomen. Zo niet bij burn-out. Men gaat er stilzwijgend vanuit dat burn-out een individueel probleem is en dat ‘het geval’ met voldoende bijkomen en aanpassen gewoon weer ’terug’ kan.
Zo vergeet men, J.P. Blankert van Stichting Burnout parafraserend (zie: Kunst van burnout-herstel):
- De grenzen van aanpassing van de mens in kaart te brengen, evenals arbeidssituaties te onderkennen die door elke werknemer psychisch niet langdurig gezond uit te houden zijn. Daaronder moet niet alleen gedacht worden aan een te hoge werkdruk, maar ook aan een slechte managementstijl of ziekmakende bedrijfscultuur);
- De ‘waarden van de organisatie’ en de ‘waarden/behoeften van het individu’ en hun matching in kaart te brengen. De eersten zijn vaak in tegenspraak met de menselijke behoeften van een werknemer;
- De kwestie van ‘job match’ te onderkennen. Na de aanstelling veranderen vaak de functies van het individu, met behoud van de bestaande arbeidsovereenkomst, waarbij zelden een goede nieuwe balans wordt opgemaakt of een nieuwe functie wel bij de werknemer past.
Het gevolg is, dat zelfs bij een aanvankelijk geslaagde re-integratie (her-inpassing):
- Men vroeg of laat opnieuw in een burn-out vervalt, vaak alweer binnen 1 à 2 jaar;
- De arbeidsrelatie toch verbroken wordt en men mogelijk zelfs voor het vakgebied als zodanig verloren gaat. Wat bij schaarse beroepen ook nog eens tot maatschappelijke schade leidt;
- De ziekmakende situatie voortduurt en binnen de organisatie tot nieuwe slachtoffers leidt.
Herstel als individuele her-aanpassing
Burn-out wordt in de regel dan ook gezien en aangegaan als een uitsluitend individueel probleem van heraanpassing.
Daartoe hanteert de reguliere remedie, overeenkomstig de LESA-richtlijnen, een combinatie van een fysiologische en een psychologische benadering: eerst rust geven, dan cognitieve gedragstherapie, gericht op gedragsverbetering en inpassing. Zodat men weer re-integreerbaar wordt en alles weer wordt zoals het was, maar dan ‘beter’. Hoe gaat dat in zijn werk?
De eerste weken
Gedurende de eerste 3-6 weken staat de fysiologische benadering centraal. De duur is afhankelijk van de ernst van de burn-out en de opvattingen van de bedrijfsarts. In deze periode richt de burn-out begeleiding zich op lichamelijk herstel en acceptatie.
Daartoe blijft de betroffene thuis van het werk om voldoende afstand te nemen van de stressbron. Er wordt hem vooral voldoende rust (slapen!), ontspanning (leuke dingen doen!) en matige lichaamsbeweging (wandelen!) voorgeschreven. De actieve begeleiding beperkt zich veelal tot het geven van ontspanningsoefeningen en het opstellen van een dagplanning om de controle weer een beetje terug te krijgen.
En dan: cognitieve gedragstherapie
Vervolgens wordt, vaak parallel aan een begin van re-integratie, gewerkt aan psychisch en sociaal herstel. Cognitieve gedragstherapie is daarbij de meest gebruikelijke begeleidingsmethodiek.
Deze gaat ervan uit, dat gedrag en emoties het uitvloeisel zijn van gedachten en overtuigingen. Zij richt zich op het blootleggen en veranderen van deze overtuigingen. In het geval van burn-out: overtuigingen die ten grondslag liggen aan ‘ineffectieve coping’ – zodat we effectiever (rationeler, minder emotioneel) leren omgaan met stressvolle situaties en de daarbij behorende gevoelens.
Dat gebeurt in twee fasen van elk 3-6 weken:
- Probleem- of oplossingsfase: eerst wordt via praatsessies en vragenlijsten onderzocht hoe men met stress veroorzakende situaties omgaat. Welke overtuigingen gaan schuil achter het gedrag dat men ten toon spreidt? En vervolgens: welke ‘verbeterde’ overtuigingen zou men kunnen aanleren in de betreffende situaties?;
- Toepassingsfase: vervolgens worden deze nieuwe, ‘verbeterde’ overtuigingen en gedragspatronen getraind en toegepast en wordt gereflecteerd op hoe dat gaat.
Wat is hier mis mee?
Om met de deur in huis te vallen: er valt nogal wat af te dingen op deze reguliere manier van burn-out begeleiding.
Gaan we terug naar het ‘conceptuele model’ dan valt meteen op, dat aan de linkerkant, het werk-gerelateerde probleem, niets gebeurt: noch in de richtlijnen, noch in de gangbare praktijk. Dit is indicatief! De gehele benadering is er ons inziens op gericht het slachtoffer weer ‘in het gareel’ (de tredmolen waar hij of zij uit gevallen is) te krijgen, en hem of haar als persoon, voor zijn eigen bestwil natuurlijk, te ‘normaliseren’.
Bovendien doordrenkt deze focus op aanpassing ook de fysiologische en psychologische benadering binnen de reguliere burn-out begeleiding. Dat begint al meteen, tijdens de fysiologische fase van acceptatie en herstel.
Onze belangrijkste tegenwerpingen hier zijn: 1) te kort, 2) te passief en 3) te oppervlakkig: zo voert het je naar je ‘vertrouwde’ kust terug, niet naar wie/waar je behoort te Zijn. Laten we ze één voor één langslopen:
Te kort
Te kort, omdat de vaak gehanteerde periode van 6 weken tussen ziekmelding en beginnen met re-integratie bij een echte burn-out geen recht doet aan de mate van fysieke, emotionele en cognitieve ontregeling waarin je je bevindt als je net in een burn-out zit. Van enige vorm van hervatting van werkzaamheden binnen die periode zal geen sprake zal kunnen zijn. Dat zal eerder leiden tot terugval en paniek. De periode van afstand kunnen nemen van het werk moet dan ook doorgaans een stuk langer zijn.
Gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek van o.a. Diane Bernier (Canada, 1998) naar succesvolle herstel trajecten, mag men met recht stellen, dat bij een echte burn-out hiervoor een periode van gemiddeld 3,5 maanden gehanteerd moet worden.
Dat geldt ook voor de verschuiving van fysiologische naar psychologische benadering. Tenminste, uitgaande van de gebruikelijk toegepaste cognitieve gedragstherapie (die op zich al zo zijn beperkingen heeft). De emotionele en cognitieve ontregeling is dermate, dat er van enige vorm van effectieve cognitieve reflectie op ‘overtuigingen’ tijdens de herstelfase geen sprake kan zijn.
Te passief
Tegelijkertijd wordt de invulling van deze eerste periode te passief ingestoken en de patiënt teveel alleen (‘met rust’) gelaten. Hierdoor gaan naar ons idee onnodig veel (herstel)tijd en levenskwaliteit verloren.
Je zou juist ook al in deze periode effectieve burn-out begeleiding kunnen geven bij het herstellen en verdiepen van het contact met het lichaam, de zintuiglijke waarneming en de emoties. Eigen ondervinding – persoonlijk en in de begeleiding – leert, dat dat juist sterk bij kan dragen aan het herstel. Zowel in het rust vinden als in het ‘ontwarren’ van de emotionele/limbische ontregeling. Het zou daarmee ook een goede basis kunnen leggen voor de navolgende fase.
Te zeer gericht op gedragsaanpassing
De navolgende psychologische benadering is zoals gezegd veelal gebaseerd op een vorm van cognitieve gedragstherapie (CGT), zoals RET (Rationele Emotieve Therapie). Belangrijkste kritiekpunt hier is, dat deze eenzijdig inzet op gedragsaanpassing.
Opnieuw Blankert aanhalend, wijst de moderne neurowetenschap namelijk uit, dat gedragsverandering (en emotionele regulering) veel minder maakbaar is dan voorheen aangenomen werd. In ieder geval gedragsverandering via inwerking op je cognities (denkwerk). Een verandering van gedachten en gedrag leidt niet één op één tot een verandering van gevoelens zoals Ellis c.s. (grondleggers van CGT/RET) veronderstelden.
Waarom dat niet werkt
Sterker nog, onze cognitieve overtuigingen en denkbeelden zijn omgekeerd vaak rationalisaties achteraf van onderliggende emoties – emotionele ervaringen en daarop gebaseerde en ingeprente reactiepatronen.
Gedachten, gevoelens en ‘ineffectieve coping strategieën’ blijken daarom veel minder aangedreven te worden door onze overtuigingen in de hersenschors. Wie en hoe wij in ons dagelijks leven zijn blijkt in belangrijke mate te worden geregeld in de ‘zwarte doos’ dat Limbisch Systeem heet, het emotiecentrum in de hersenen. De bouwstenen voor onze emoties zijn cognitief niet rechtstreeks benaderbaar.
Emotionele chaos regeert
Bovendien mogen we niet vergeten, dat dit emotionele centrum bij burn-out (langdurig) ontregeld èn in permanente staat van alarm is.
Dat wil zeggen: de aan de emotionele uitputting ten grondslag liggende ‘relevante onbewuste negatieve emoties’ in het limbische systeem (zie de limbische verklaring) zijn ontspoord. Ook hebben zij andere ‘aanpalende’ emoties ontregeld (inclusief de bijbehorende geheugenfragmenten en emotieverwerking-programma’s). Het straf-beloningssysteem dat de onderliggende emotie er (onbewust) onder hield is eveneens van slag en draait overuren (piekeren, angst, schuld- en schaamtegevoel). Net als de instinctieve rookmelder in ons brein, de amygdala (die op zijn beurt ons autonome zenuwstelsel en stresshormoonhuishouding in staat van paraatheid houdt).
Alsof dat allemaal nog niet genoeg was, ligt (daardoor) ons cognitieve centrum ook nog eens op apegapen.
Cognitie uitgeteld
Dus als het al mogelijk zou kunnen zijn om ‘willens en wetens’ onze emotionele gedragsdrijfveren en coping strategieën cognitief te benaderen, dan is dit de eerste maanden na het doorbreken van een burn-out geen geschikt moment. Door in zo’n situatie de betroffene ‘uit te nodigen’ tot cognitieve reflectie zal hem dat alleen maar meer onzekerder en dus angstiger maken, en het herstel vertragen.
Bovendien is er dankzij diezelfde limbische ontregeling geen basis meer voor een hout snijdende cognitieve analyse van de gedachten, gevoelens en coping gedragingen die aan de burn-out bijgedragen hebben. Die situatie is ‘geweest’ en is nu niet meer op dezelfde manier navoelbaar en navolgbaar als toen.
Belediging
In bredere zin gaan gangbare benaderingen, maar ook vele zorgverleners ervan uit, dat burn-out het gevolg is van ineffectieve ‘coping’ strategieën om met stressvolle situaties om te gaan. Daarmee miskennen zij de natuurlijke veerkracht en intelligentie van slachtoffers.
Ineffectieve irrationele/contraproductieve coping wordt immers vaak pas gehanteerd als normaliter verstandige en realistische coping strategieën onvoldoende succesvol zijn gebleken. Aan dat falen liggen soms óók externe situaties ten grondslag, die door de betroffene met geen enkele vorm van coping effectief en duurzaam (leefbaar) gemaakt kunnen worden.
Bovendien is de verschuiving naar minder effectieve ‘emotionele’ coping zelf vaak al het gevolg van emotionele uitputting.
De miskenning van rationele inspanningen in het verleden en de eenzijdige focus op ‘verbetering’ van de coping in de laatste fasen zal daarmee ook opnieuw onvrede, woede en wantrouwen opwekken. Maar ook: schuld en schaamtegevoelens versterken en het zelfvertrouwen verder ondermijnen.
Om de tuin leiden
Bovendien zullen – door de cognitieve insteek enerzijds, en bovengenoemde psychologische en neurologische processen anderzijds – vooral ‘hoofdwerkers’ makkelijk geneigd (en in staat) zijn de cognitief ingestoken therapie om de tuin te leiden.
Bijvoorbeeld door de coach/therapeut antwoorden te geven waarvan men vermoedt dat die op prijs gesteld worden. Min of meer onbewust overigens, ingegeven door angst, woede, schaamte of onzekerheid enerzijds, en de wens de coach toch ter wille te zijn anderzijds.
Dat komt doordat veel mensen die burn-out zijn óók pleasers zijn, van nature geneigd de ander ter wille te zijn. Anderzijds beschermen zij zich zo tegen de diepere pijnlijkheden die met de burn-out aan het licht dreigen te komen. Blijven zij in de comfortzone van hun compensatie- en afweermechanismen.
Wat dat betreft is de cognitieve benadering eigenlijk nog schadelijk ook, omdat door te redeneren over emoties, die emoties weggerationaliseerd worden. De ‘relevante onbewuste negatieve emoties’ die aan de burn-out ten grondslag liggen worden zo weer weggedrukt. Zo leidt men ook zichzelf om de tuin, terug de comfortzone in.
Kortom: herstel als ‘stucen wat stuk is’
Vatten we dit geheel samen, dan dringt zich het beeld op, dat de reguliere benadering van burn-out begeleiding naar ‘herstel’ in de regel neerkomt op symptoombestrijding in combinatie met ‘uitzieken’. Tot er een schijn van heling bereikt is. Het komt neer op stuken en stutten wat stuk is: met opgeplakte ‘best practice’ overtuigingen en beter geharnast gedrag. Aanpassen en weer inpassen. Wat fundamenteel stuk is zal immers toch opnieuw barsten als de omstandigheden net weer even anders of net weer even meer stressvol en ziekmakend zijn.
Op deze manier wordt geen recht gedaan aan wat er echt met de burn-out betroffene aan de hand is. Dat wil zeggen: datgene wat zich hieronder – in het conceptuele model voor reguliere burn-out herstel begeleiding (grafisch: nu in grijs gearceerde bollen) bevindt.
Als dit het niet is, wat dan wel?
Wij pleiten dan ook niet voor een coping-gerichte aanpak, maar voor een Zijn-gerichte benadering. Hoe die eruit zou moeten zien stipten we al eerder aan. Laten we deze analyse nu dan eens omwerken naar principes waaraan zo’n meer effectieve, houtsnijdende insteek voor burn-out begeleiding zou moeten voldoen. Dat zijn dan:
- Acceptatie: allereerst accepteren dat je burn-out bent, de pijn aanvaarden en je willen/kunnen overgeven aan het proces van heling. Dat vraagt tijd, overgave en inzet. Dat vraagt ook: Zelfacceptatie van hoe je geworden bent wie je bent, ook al is dat niet-vrij, beperkt. En in confrontatie met je beperkte versie: ontwikkeling van lichaams- en emotiebewustzijn, de basis voor Zelfbewustzijn.
- Ramp-oriëntatie: vervolgens het aanvaarden en doorleven van de Ramp die burn-out heet. Dat wil zeggen: het opgeven van je compensatie- en overlevingsmechanismen, het volgen van het spoor van je gevoelens en lichaamssensaties van spanning, stress, verdriet, etc. En het toelaten van wat daaronder aangekeken en doorleefd moet worden. Zo ontwikkel je gaandeweg Zelfbewustzijn en het vermogen tot zelfbegeleiding.
- Spirituele ontmoeting met jezelf: ramp-oriëntatie brengt ja naar wat daarachter schuilgaat: schijnbaar verloren geraakte Zijnskwaliteiten. Zo brengt hert proces je naar herverbinding met je Essentie. Nu vindt er heling, heelwording plaats: de ontwikkeling van “Essentieel Zelfbewustzijn”, van het Kostbare in jou dat via jou in de wereld wil zijn.
- Zelfleiderschap: van hieruit je leven meer in eigen hand nemen: je werk, je relaties, hoe je je uit en communiceert, voor jezelf opkomt en tegelijk in contact blijft.
Het een en ander liefst in combinatie met een systeemaanpak, als je werkgever daartoe de ruimte biedt.
Het conceptuele model van onze benadering, die we in een navolgend drieluik verder uitwerken (zie Bloei op vanuit burn-out), ziet er dan als volgt uit:
Dóór de Branding: landen bij jeZelf
Daarbij gebruiken we de metafoor van de branding. Wie burn-out doormaakt of heeft doorgemaakt herkent het gevoel: je machteloos en verlaten voelen in een zee van emoties. Om weer grond onder voeten te krijgen, moet je dóór deze burn-out, en dóór deen branding van alsnog te verwerken pijn. Om zo te kunnen landen bij jeZelf, herstel in en heling met het Kostbare dat je in je draagt.
In een latere versie van onze methodiek voor burn-out begeleiding en ADD coaching, hebben we de benaming Branding als ‘merknaam’ losgelaten. We noemen het nu de Queeste van Heling. Evengoed een reis: een epische tocht naar binnen – en van daaruit opnieuw naar de wereld, de ander. Voor de helderheid en het gemak houden we het echter hier waar het burn-out begeleiding betreft nog op de oude benaming.
Laat mij jouw schipper zijn
Ben je burn-out en herken je je in deze benadering? Wil jij de extra meters gaan om uit te komen, te landen bij jeZelf? Dan ben ik er graag voor je. Ik zie je contactaanvraag met liefde tegemoet.
© Gerphil Kerkhof | oktober 2017 (herzien maart 2025)
Tot slot
Dit artikel vormt de inleiding tot een drieluik Bloei op vanuit burn-out. In het eerste deel – Aanvaarden – leiden we de reis in, die begint net acceptatie. In deel 2 gaan we meer gedetailleerd in op de verschillende fasen in de aanpak. We kijken naar de uitgangspunten en beoogde uitkomsten per fase en naar de methodieken die daarbij worden toegepast.
In bredere zin maken deze artikelen deel uit van een hele reeks, waarin ik een integrale kijk op burn-out ontvouw, als basis voor mijn methodiek van burn-out coaching.
Wil je geen artikel missen? Abonneer je dan op mijn Nieuwsbrief die je persoonlijk informeert als er weer een publicatie is. Persoonlijk geïnteresseerd in wat ik voor jou kan betekenen? Dan maak ik graag een afspraak met je.
Elders op deze site vind je alvast meer informatie over wat ik te bieden heb op het gebied van burn-out coaching. Voor zover er ADD in het spel is in jouw burn-out, dan verwijs ik graag ook naar mijn artikel (drieluik) ADD en burn-out 1: een rampzalig duo? en naar mijn benadering voor ADD coaching.