Spiritualiteit – als: een ‘gedragen’ beleving van onszelf en de werkelijkheid – is zó deel van ons menszijn. We herkennen het veelal als intense ervaringen van diepe eenheid met alles wat er is … Het plotselinge wegvallen van het gevoel van afgezonderd zijn. Niet meer een eiland zijn, maar deel van de zee … Wie heeft dat niet eens meegemaakt?
Het lijkt ons dan te overkomen. En hoe vluchtig soms ook, we ervaren het als iets dat ons compleet en ‘heel’ maakt – voor even.
Spiritualiteit in deze zin raakt dan ook de spirituele kern van een Zijnsgeoriënteerde benadering van heelwording. Het in-contact weten en -voelen met wat we onze Zijnsstaat noemen, maakt daar niet voor niets een essentieel en onderscheidend deel van uit.
Het helpt je te reiken voorbij je ADD, burn-out of wat voor redenen je ook hebt om de aandacht naar binnen te richten. Te werken aan heling en groei als mens en spiritueel wezen. Juist door daarbij je Spirit naar lijf en aarde te richten: in groeiend Zelfbewustzijn (en Zelfleiderschap).
Zijnsvragen
De stelling is: spiritualiteit kan en moet een wezenlijk onderdeel zijn van heling. Het hoe en waarom daarvan, dat werken we in dit artikel uit aan de hand van drie vragen:
- Hoe verhoudt zich die spirituele ervaring – de zee, het licht – tot het ‘ik’, het eiland: het historische hier-en-nu zelfbeeld? Ons in-de-wereld-zijn? En anderzijds tot onze persoonlijke Essentie en tot het Zijn in absolute zin?
- Waarom is dat in-contact weten en -voelen met wat we onze Zijnsstaat noemen zo belangrijk en betekenisvol? Juist ook in de context van heling, zinbeleving en liefdevolle, betekenisvolle relaties?
- Tot slot: hoe passen we dat dan zo in dat het bijdraagt aan heling? Op zo’n manier dat het een beleven – en in het leven brengen – is? Het sleutelwoord daarbij is: zelfbewustzijn, óók met een hoofdletter!
Een stelling en vragen die de kunstmatige scheiding tussen psychologie en spiritualiteit ter discussie stellen.
Zoeker en vreemdeling zijn
Alvorens hierop in te gaan is het relevant stil te staan bij de vraag waarom dit onderwerp zo van belang voelt (juist ook als het afkeer oproept)? En voor wie?
Veel mensen die bij mij komen worstelen diep in zichzelf met een gevoel van ontheemd zijn, niet thuis zijn in de wereld. Een gevoel dat al heel lang bij ze is. Hun leven is een worsteling om echt verbinding te voelen, met de wereld, de ander. En tegelijk zijn ze zo hyper-afgestemd op wat zij aannemen dat de ander voelt, denkt, wil. Daarbij verliezen zij de verbinding weer met zichzelf.
Juist ook bij AD(H)D, juist ook bij introverte en/of hoog-sensitieve mensen. Mensen met (al dan niet vroegkinderlijk) ontwikkelingstrauma – vaak de eigenlijke achtergrond hiervan. Tegelijk resoneert het met een diep essentieel en menselijk verlangen, en weten.
Mijn eigen ervaring
Ik herken dat ook bij mijzelf. Van jongs af aan heb ik mij een onbegrepen vreemdeling gevoeld. Nergens echt thuis. Behalve dan in mijn fantasievolle binnenwereld en in de natuur. Verder weg nog, zo stelde ik mij voor (toen ik 16 was), verbonden met een soort ‘broederschap’ van zielen die (nog) niet geïncarneerd zijn. Een wereld die ik miste, een opgenomen-zijn waar ik naar verlangde – en verlang.
Tot ik, aan de vooravond van mijn burn-out 7 jaar terug, in een periode van wanhopig mijzelf afvragen ‘hoe nu verder met mijn leven?’, een ingeving kreeg van diep van binnen in mijzelf. Een ingeving ‘wat mij te doen stond’ die gepaard ging met een intens gevoel van euforie en zinvolheid. Die ervaring betekende een keerpunt in mijn leven. En een overgave aan wat er door mij in de wereld wil zijn.
Wat is dat Ik zijn?
Het antwoord op dit alles begint met de vraag: wie/wat ben ik dan, wat moet ik? Wat is dat ik-zijn?
Welnu: ik en wij zijn op de eerste plaats persoonlijke voornaamwoorden. Alleen daarin al zit veel ‘zinnigheid’. In taal en geest zijn ik, jij en wij vooral verbonden met wat we doen – een werkwoord. We zijn geneigd ons dan ook vooral te identificeren met wat we doen, gedaan hebben en nog van plan zijn. Hoe we ons verwerkelijken. Wij zien ons als een vector, een pijl van hier en nu naar dan en dan. Meten ons daarbij met anderen.
Daarbij nemen we ons verleden mee, dat is ons vertrekpunt – van daaruit trekken we onze streep door. Een vertrekpunt dat steunend, maar ook beperkend kan zijn, ons gevangen kan houden.
In spirituele tradities heet dit ik ook wel het “ego”. En dan als iets dat vernietigd, opgeheven of losgelaten moet worden. We ons van moeten bevrijden. Zo niet in de spirituele tradities waarin Zijnsoriëntatie geworteld is. Overwonnen worden – ja, maar dan in de zin van: naar een hoger plan gebracht, ontvouwd, als zodanig bevrijd.
Wie wij zijn, mèt al onze beperkingen, is juist de boog waarop we gespannen zijn om dat hogere, dat tot bloei komen, te bereiken. No pain – no glory, heel letterlijk.
Spirituele roeping
Spirituele ervaringen en Zijnsstaat dienen dan ook niet het radicaal opgeven van ons in-de-wereld-zijn en de lastige gevoelens, trauma’s en uitdagingen die daarmee verbonden zijn. Zij dienen eerder als een aantrekken van die innerlijke boog: het verlangen onszelf te overstijgen. Om samen te vallen met een hogere staat van Zijn respectievelijk Zelf, dat puur en vrij is.
En van daaruit weer: daadwerkelijk een geschenk aan de wereld te zijn. Het geschenk dat we in ons (ego) dragen. Een geschenk vol Zijnskwaliteiten – Liefde, Goedheid, Moed, Rechtvaardigheid, Kracht, Eenvoud, Schoonheid, Levendigheid, en ga zo maar door. Wat voor jou geldt – voor jou persoonlijk.
We zijn niet ondeelbaar
‘Ik’ suggereert dat ego of zelfbeeld een ondeelbare kern is (individu betekent letterlijk: ondeelbaar) die tamelijk onveranderlijk is. “Zo ben ik nu eenmaal”. Dat is maar de vraag.
Zeker, wij zelf en onze omgeving ervaren een hoge mate van constante in wie we zijn en hoe we doen. Ook als dat verschilt van situatie tot situatie, moment tot moment. Toch wordt dat zelfbeeld ieder moment weer opnieuw gefabriceerd op basis van onze eerdere ervaringen, waarden en overtuigingen. Herinneringen en overtuigingen die ook nog eens voortdurend herschreven of herijkt worden.
Ook bestaan wij op identiteitsniveau uit meerdere delen en lagen. We kennen ambivalentie: tegengestelde gevoelens, denken-voelen conflicten, ‘beter weten’ – ‘toch doen’. We kennen het fundamentele innerlijke loyaliteitsconflict tussen onze oerbehoeften om ergens bij te horen èn tegelijk een autonoom individu, ons zelf te willen zijn. En soms nemen dieper weggestopte, kinderlijke delen in onszelf – afgesplitst in momenten van traumatische verwonding – de macht over ons over. Acteren we als een angstig, gefrustreerd of verdrietig-eenzaam kind. Ook stukjes Ik, maar losgeraakt van het grote in-de-wereld-zijn en -overleven.
Meer daarover kan je lezen in mijn artikel Zelfbevrijding uit het Superego-complex. Hier kan je lezen hoe het komt dat we ons zo vaak geleefd voelen door een innerlijk krachtenspel? Verkrampt of opgejaagd? Terwijl we ons zo graag vrij en in vrede met onszelf zouden willen voelen!
Diepere Zelf
Juist als we ons, in sessies of zelfbeoefening, uiteenzetten met die pijnlijke deeltjes in onszelf, die we diep in ons weggestopt hebben, is er een kans een nog diepere laag in onszelf te bereiken. Onze ‘Zijnsgrond’. Opeens raken we dan los van het verhaal en van de handelende staat, van waaruit we opeens puur voelend – maar zelfbewust, vanuit ons vrije bewustzijn – bij onszelf aanwezig kunnen zijn.
Hetzelfde kan gebeuren als we bijzonder mindful zijn bij onze lichaamssensaties, in wat de Amerikaanse filosoof en psycholoog Eugene Gendlin “focusing” noemt. John Welwood beschrijft dat heel inzichtelijk in zijn boek Toward a Psychology of Awakening.
Tussen de momenten dat we aandachtig zijn bij puur wat er in ons voelbaar is, kan die diepere dimensie zich in ons voelbaar maken: in flitsen van ruimte- en tijdeloosheid ervaren we “Sense of Self”. Opnieuw: een gevoel van gedragen en ingefluisterd worden door onze persoonlijke Essentie of Zijnsgrond.
Opgaan
Het kan ons ook overkomen als we volledig opgaan in het moment en in onze zintuiglijke waarnemingen. Opgaan in de natuur. Je overgeven aan de liefde, in het spiritueel en emotioneel intiem zijn met een betekenisvolle ander. In het ervaren van muziek of andere kunst, schoonheid, vervoering.
Zodra je het echter wil grijpen en vasthouden, of doelbewust bereiken, dan glipt het ons tussen de vingers. Het is iets wat ons alleen maar overkomen kan door overgave (en genade). Het enige wat ons te doen staat is afzien van het handelen, het beïnvloeden, ontwijken of bewerken.
Overweldigend
Overgave aan en samenvallen met onze persoonlijke Zijnsgrond komt met overweldigende, euforische gevoelens van verbondenheid en gedragen worden. Dat kan gepaard gaan met plotselinge inzichten die op dat moment uitermate relevant zijn. Soms dermate overweldigende en krachtig, dat het ook huiveringwekkend of van je stuk brengend kan zijn. Hierin raakt het het Sublieme.
Een mooi artikel over het Sublieme is dat van Erik Hoogcarspel in het Boeddhistisch Dagblad. Het maakt duidelijk dat ervaringen van het Sublieme, in kunst en natuur, ons dichter bij het Goddelijke kunnen brengen. Het Goddelijke ook in onszelf.
In die gevoelens en inspiraties zijn Zijnskwaliteiten merkbaar – Zijnskwaliteiten die via ons de wereld in willen. Ik noemde ze eerder al. Denk aan Liefde, Goedheid, Moed, Rechtvaardigheid, Kracht, Eenvoud, Schoonheid, Wijsheid, Levendigheid, en ga zo maar door. Wat voor jou geldt – voor jou persoonlijk.
Zwelgen, dwepen en spiritual bypassing
Dat is compleet anders dan overweldigend worden door emoties vanuit je beperkte, verwonde zelf. Gevoelens van paniek, verdriet, boosheid die het stuur overnemen. Gevoelens die beperkend zijn: willoos maken, ieder vrij bewustzijn ontnemend.
Toch zal je juist dóór die laag van afschermende emoties heen moeten reiken. Want, in de woorden van Leonard Cohen’s Anthem: “there’s a crack in everything, that’s where the light comes in”.
Hoe tijdelijk fijn en troostrijk ook, spirituele ervaringen die gezocht en opgewekt worden door en om juist die breuklijnen in onszelf te ontwijken, zijn dan schijnervaringen. Illusies, die persoonlijke groei en ‘verlichting’ juist kunnen verhinderen, omdat ze niet gepaard gaan met groeiend zelfbewustzijn.
John Welwood heeft het in dat kader over ‘spiritual bypassing’: een “tendency to avoid or prematurely transcend basic human needs, feelings, and developmental tasks” (Toward a Psychology of Awakening, p. 12). Daarop voortbordurend, definiëren anderen het als een “tendency to use spiritual ideas and practices to sidestep or avoid facing unresolved emotional issues, psychological wounds, and unfinished developmental tasks” (zie Wikipedia).
Het omgekeerde is echter ook waar. Dat juist beperkende emoties in gaan óók kan resulteren in een erin blijven: door het zwelgen of dwepen met je verdriet, je angst, etc. Door jezelf ermee uiteindelijk te identificeren – bekend van bijvoorbeeld slachtoffergedrag.
Dit is evenzeer een vorm van reflexmatige zelfzorg, die je ‘helpt’ om niet meer in de wereld, je lijf, je gevoel, bij jezelf te zijn. Dit lijkt een vorm van overgave, maar ook één waarbij evenmin plaats is voor vrij zelfbewustzijn.
Spiritualiteit en Zelfbewustzijn
In mijn overtuiging gaan Spiritualiteit en Zelfbewustzijn namelijk hand in hand. Het één versterkt het ander – in principe. Zelfbewustzijn bestaat uit drie elementen:
- Je bewust zijn van alles wat in je leeft en je daarmee kunnen verhouden: je lichaam, je gevoelens, je subpersoonlijkheden, ‘weeskinderen’, trauma’s, overtuigingen, etc.
- Je verbonden weten met je diepere Zelf – datgene wat je drijft, je spirituele Wezen (Zijn), je ‘Essentie’ – en ‘Zijnsgrond’. Van daaruit liefde en respect hebben voor alles in jezelf, je bijzonderheid vieren (óók je ADD bijvoorbeeld) – als voertuig voor dat Zelf. En daar zelfbewust voor opkomen, vanuit een notie van zelfwaarde en zelfliefde;
- Je verbonden weten met de wereld als het ervaringsvlak waarin je je Zijn wil verwerkelijken. Jezelf daadwerkelijk beleven en uitleven als een geschenk aan de wereld, de ander. Je een geschenk aan de wereld weten vraagt opnieuw een echt liefdevol zorgdragen voor jezelf – jezelf tot bloei brengen.
In-de-wereld-zijn
Spiritualiteit is dus echt ook in-de-wereld willen en kunnen zijn. Door zelfverwerkelijking, zelfontplooiing, Liefde en Goedheid laten uitstromen. Die omslag is vergelijkbaar met ‘verlichting’ op het persoonlijke vlak: door ervaringen van eenheid met alles wat ook buiten ons IS: de wereld, de natuur, kosmos. Als de ultieme grond ook voor ons persoonlijke Zijn.
Juist in intiem contact met de wereld, inclusief de medemens, inclusief als we ons scheppend uitdrukken in die wereld, kunnen we die diepere laag in onszelf en al het Zijnde om ons heen tegenkomen. Niet op de laatste plaats de ander.
Dan blijkt dat ons beeld van de wereld en van de ander maar al te vaak niet iets is dat echt buiten ons leeft, los van onszelf. Dat we, vanuit ons beperkte in-de-wereld en bij-onszelf zijn, onze persoonlijke geschiedenis, verwondingen, overlevingspatronen en dergelijke naar buiten toe projecteren. En kunnen we ons daar nu in één klap wèl toe verhouden.
Nu niet vanuit de (pijnlijke) illusie van afgescheidenheid (of juist volkomen fluïde versmelting en opgelost zijn), maar echt vanuit de verbondenheid op Zijnsniveau.
We houden op een eiland te zijn in een zee die ons omspoelt. Ervaren ons nu als een eiland èn deel van een archipel, als de zee, als wolken in lucht en licht – in één. Als diverse uitdrukkingen van het-Zelfde-Zijn. Hier zijn we altijd thuis, stevig geworteld in ons Zijn èn in de wereld.
Dat beeld drong zich bij mij op toen ik op Madeira de foto maakte bovenaan dit artikel (“Ik ben geen eiland”). Het inspireerde mij tot een bijbehorend gedicht – en tenslotte dit artikel.
Relevantie vanuit groeiperspectief
Dergelijke ervaringen zijn vooral belangrijk als er veel te helen valt.
Groeiprocessen bij mensen die bij mij en collega’s komen zijn namelijk vaak bijzonder intensief en pijnlijk. Het vraagt echt durf om je ‘cracks’ in te gaan, te werken aan heling. Dat kan alleen als je er echt zelfbewust doorhéén gaat – een diepe impuls daartoe in jezelf ervaart. Zelfbewustzijn – inclusief het contact met, de ervaring van het Essentiële zelf, is daarvoor echt belangrijk. Te weten en te ervaren dat je ongeschonden en vrije versie er altijd al geweest is, ook nu al, als de zon achter de wolken.
Dat stelt je in staat om, vanuit die verbondenheid, de verstrikking in je historische pijn en illusies los te laten. Ook om de vreeswekkende ervaring van dat loslaten: de schijnbare leegte als je door de vloer van wat Hans Knibbe het Huis van de Ouders heen zakt, te kunnen verduren.
Tenslotte helpt het je om juist ook vanuit die diepere Zijnslaag in jezelf je verdere groei- en helingsproces te leiden. Door overgave – iets wat ook echt een werkwoord is. Met alle moed en discipline die daarbij hoort, vanuit een hogere Trouw aan en Vertrouwen in je Zelf. Trouw en vertrouwen – óók Zijnskwaliteiten.
Spiritualiteit: hoe werken we ermee in de praktijk?
De Zijnsgeoriënteerde benadering van heling werkt dan ook nadrukkelijk vanuit een spiritueel perspectief. Op een actieve manier, gericht op her/verbinding met je spirituele wezen, laag voor laag.
Dat is te herkennen in de vier fasen die ik onderscheid in mijn benadering van zowel ADD als burn-out. Een benadering die gebruikt maakt van de metafoor van de Queeste.
De Queeste is van oorsprong een (Middeleeuws) ridderverhaal, waarin de held wijsheid en aanzien verwerft in een zoektocht, waarin allerlei heldendaden moeten worden verricht en offers gebracht. Voor meer over de Queeste verwijs ik je graag naar de nieuwe pagina onder het menu item ‘Hoe begeleid ik?’ onder de tiotel Queeste van Heling. Dze metafoor gebruikte ik voor het eerst in mijn artikel Èchte aandacht: een queeste naar heling bij ADD.
Vier episodes
De Queeste, het heldenverhaal waarin, in de context van mijn benadering en ons werk samen, jij de held bent, bestaat uit vier episodes (of eigenlijk: sporen):
- Gereed maken, op reis gaan: de basis wordt gelegd door het werken aan herverbinding met je lijf en je gevoelens – het aanleren van de Voelende Staat. Iets wat vertragen, verstillen en een liefdevolle houding naar jezelf toe vraagt. In die Voelende Staat – of dat nu in het verwelkomen van gevoelens of tijdens de Mushin wandelmeditatie is – kan de ‘Sense of Self’ vaak al voelbaar worden;
- De betovering doorbreken – de draak verslaan: in deze fase treden we, via intieme afstemming op lijf en gevoelens, in contact met onze afgesplitste en weggedrukte (kind-) delen, ‘weeskinderen’ en ‘draken’. Teneinde ze te bevrijden, door ze door de pijn – de ‘cracks’ van Cohen – heen te trekken. Angst transformeert in het Sublieme, Verdriet blijkt Liefde en Essentieel Verlangen.
- De prins(es) – de innerlijke Geliefde – huwen: is er voldoende bevrijd, dan verbinden we ons direct met (en maken ons ontvankelijk voor) onze Essentie, onze vrije versie – en hoe ons spirituele wezen in de wereld wil zijn. We laten hiervoor onze geest werken via onze verbeelding, met visualisaties van Huis en Gestalte van Zijn.
- Het Koninkrijk tot bloei brengen: vanuit Zelfbewustzijn nemen we vervolgens ons leven en onszelf meer en meer in eigen hand. Rusten in Zijn – Doen wat je ècht wil is nu het adagium.
Spirituele ervaringen van verbondenheid met onze Essentie en het Absolute Zijn zijn in iedere fase mogelijk, maar niet afdwingbaar. Soms is de ervaring intens, en soms ervaren we ‘slechts’ een diepe innerlijke vrede.
Bezield en zelfbewust
Het zijn vaak korte momenten van ‘genade’ die niet te vangen zijn. Dat is niet erg. De eindstaat waar we naartoe werken kan immers onmogelijk de Zijnsstaat zelf zijn. Niet zolang we gebonden zijn aan ons lichaam – in de wereld zijn. Belangrijker is dat dergelijke ervaringen telkens wel weer een duwtje in de goede richting zijn: naar de ontwikkeling van Zelfbewustzijn en Zelfontplooiing.
Zelfbewustzijn in zijn spirituele betekenis betekent een regelmatig voelen en weten dat we verbonden zijn met en gedragen worden door iets groters in en om ons heen. Als door de zon op een halfbewolkte dag. Een notie die komt met ‘light versies’ van de gevoelens die met die spirituele ervaringen gepaard gaan.
Dat is vooral: een gevoel van congruentie met je natuurlijke staat, zoals je bedoeld bent, en met je bestemming. Dat maakt zich voelbaar als innerlijke rust en vertrouwen (‘Rusten in Zijn’), toegedekt met toewijding, veerkracht en doorzettingsvermogen. Diep in die rust is er een gevoel van bezield zijn, van blijmoedigheid, maar soms ook van weemoedigheid en Essentieel verlangen. In één woord: spirit.
Vanuit dat Zelfbewustzijn, die spirit, kunnen we, om maar wat te noemen:
- de stroom van het leven aan: de ups intenser beleven, de downs – met alle lastige gevoelens die daarmee gepaard gaan – beter verdragen en verwerken (tot inzicht, heelwording en wijsheid);
- doelen stellen en daarvoor de wilsinspanning, discipline en offers opbrengen;
- authentieke en diepe relaties met anderen aangaan: ècht bij de ander Zijn, terwijl we bij onsZelf blijven – èchte ontmoeting.
En vooral voldoen aan onze opdracht: een geschenk zijn aan de wereld. Zoals we bedoeld zijn. Door Zelfverwerkelijking, onszelf-in-de-wereld-brengen. Dat vraagt in-de-wereld-zijn.
© Gerphil Kerkhof | september 2022
Tot slot
Ben je, mede naar aanleiding van dit en andere artikelen van mij, benieuwd wat ik jou zou kunnen bieden? Hoe ik jou zou kunnen begeleiden in jouw Queeste naar Heling en Groei??
Kijk dan eens op de pagina’s over mijn therapeutische benadering van burn-out en AD(H)D coaching. Of over de Queeste als proces – en hoe ik daar concreet qua begeleiding (therapeutisch, coachend, creatief en intuïtief) invulling aan geef. Je kunt natuurlijk ook gewoon meteen een afspraak aanvragen voor een eerste sessie/kennismaking. Dat kan zeker ook heel goed online.
Geen artikel willen missen? Abonneer je dan op de Nieuwsbrief – voor een bericht als er weer een publicatie is.